Frank Krake beschrijft in De laatste getuige het indrukwekkende levensverhaal van Wim Aloserij. Tijdens de Tweede Wereldoorlog overleefde Wim drie concentratiekampen en de ramp met de Cap Arcona, een van de grootste maritieme tragedies uit die tijd. Zijn overlevingsdrang, slimheid en pure wilskracht hielpen hem om onder de meest extreme omstandigheden in leven te blijven.
Overleven in concentratiekampen
Dwangarbeid ontlopen bleek voor Wim Aloserij slechts tijdelijk mogelijk. Na een razzia arresteerden de nazi’s hem en stuurden hem naar verschillende kampen, waaronder Kamp Amersfoort, Husum-Schwesing en Neuengamme. Zijn Amsterdamse bluf en harde jeugd maakten hem weerbaar. Hij leerde snel hoe hij moest overleven in een omgeving waar brute kracht en slimme keuzes het verschil tussen leven en dood bepaalden.
De ramp met de Cap Arcona
Aan het einde van de oorlog zetten de nazi’s duizenden gevangenen op de Cap Arcona, een luxe schip dat als drijvende gevangenis diende. Geallieerde vliegtuigen bombardeerden het schip per ongeluk, waardoor bijna 7.000 mensen omkwamen. Wim Aloserij wist door koelbloedig handelen aan de dood te ontsnappen. Terwijl het schip in brand stond, vond hij een manier om in het ijskoude water te springen en zich in veiligheid te brengen.
Een nieuw leven na de oorlog
Na de oorlog koos Wim Aloserij ervoor zijn ervaringen niet met zijn gezin te delen. Hij wilde hen beschermen tegen de gruwelen die hij had meegemaakt. Zijn geloof als Jehovah’s Getuige gaf hem houvast en hielp hem om het verleden te verwerken. Ondanks alles bleef hij positief en richtte hij zich op de toekomst.